Diest Online
De Warande

De Warande

Het stadspark van Diest, de Warande, bevindt zich in het oostelijke deel van de oude historische stadskern. Het heeft zijn naam te danken aan het vroegere gebruik ervan: namelijk een besloten jachtterrein voor de Heren van Diest en Prinsen van Oranje-Nassau.

Geschiedenis van De Warande

De Warande is een ijzerzandstenen getuigenheuvel gelegen in de binnenstad. Getuigenheuvels zijn ontstaan tijdens het Laat-Mioceen, ongeveer 55 à 35 miljoen jaar geleden, toen de zeespiegel steeg en heel Vlaanderen onder water kwam te liggen. De zanden die in deze periode zijn afgezet worden de zanden van Diest genoemd (Diestiaan-zanden). Het bijzondere aan dit zand is dat het sterk glauconiethoudend is. Glauconiet bevat relatief veel ijzer. Toen de zee zich na het Mioceen definitief terugtrok naar het noorden, werden de afgezette zanden blootgesteld aan verwering. Het glauconiet oxideerde tot limoniet en de “roest” die aldus ontstond deed het zand tot ijzerzandsteen aaneenkitten. De ijzerzandstenen boden veel meer weerstand aan de latere erosie. Daardoor ontstond een typisch heuvellandschap. Op plaatsen zonder ijzerzandsteen werden die zachtere lagen immers weggespoeld.

Het Tafelrond

Op het noordoostelijke punt van de getuigenheuvel die we kennen als “De Warande”, vinden we de restanten terug van een zogenaamde motte die men “Het Tafelrond” noemt. Dit is een kunstmatige heuvel, die het relict vormt van een van de oudste kasteelvormen van Vlaanderen, het Mottekasteel.

De Tafelrondmotte heeft een hoogte van 3m en een diameter van 41m. Archeologisch onderzoek toonde aan dat hier een vierkante “donjon” heeft gestaan, vervaardigd uit ijzerzandsteen, met een muurdikte van 2,6m. Rondom de Donjon bevond zich een aarden wal en gracht. De aangetroffen scherven die tijdens de opgravingen naar boven kwamen worden gedateerd op de periode tussen 1075 en 1175. 1

Dankzij de Kroniek van de Abdij van Sint-Truiden uit 1087 weten we dat Diest toen een Heerlijkheid was. Er wordt namelijk ene Otto vermeld die zich “Heer van Diest” mocht noemen. Gezien de getuigenheuvel van de Warande tot zijn eigendom behoorde, is het mogelijk dat de hoogteburcht op het Tafelrond tot deze periode zou teruggaan.

De oudste specifieke vermelding van de hoogteburcht op de Warande dateert echter uit 1190. In een schepenbrief uit 1266 wordt de vesting reeds als “Vetus Castrum” aangeduid, wat “Oud Kasteel” betekent.2 De oude burcht zou tot tweemaal toe vernield zijn door de Noormannen. 3

De nieuwe warandeburcht

Nadat de oude burcht op het tafelrond in de 13e eeuw niet meer voldeed, werd er ten zuid westen op het neerhof een nieuwe burcht met zaalgebouw opgetrokken uit ijzerzandsteen. Hiervan zijn de funderingen nog steeds zichtbaar. Ook de waterput ten noordwesten is nog steeds zichtbaar. Aan de oostzijde bevonden zich aan de uithoeken 2 ijskelders met daartussen 2 torens. Deze ijskelders stonden elk via een ondergrondse gang in verbinding met de oudere burcht op het tafelrond.  De ijzerzandsteen die men nodig had voor de bouw van deze nieuwe burcht werd aan de zijkant van de heuvel ontgonnen.

Inrichting als jachtdomein

Wanneer in 1499 de heerlijkheid Diest in handen kwam van het geslacht van Nassau, was de Warandeburcht reeds in bouwvallige toestand. In 1510 richtte Hendrik III Van Nassau eerst het nabijgelegen “Hof Van Nassau” op. Daarna liet hij in 1514 plannen maken voor een nieuw kasteel op de Warande. De oude burcht wordt in 1517 gesloopt, doch komt men met nieuwe bouwwerken niet verder dan de funderingen aan een zijde. Tussen 1520 en 1523 werd het Warandedomein verder uitgebreid, waarvoor een achttal huizen langs het Sint Jansveld gesloopt werden, alsook de Nedermolen langs de Begijnebeek. 4

Zo werd de Warande ingericht als privé jachtdomein voor de Graaf van Nassau en later de Prinsen van Oranje-Nassau, die zich ook “Heer van Diest” mochten noemen. Er werden herten, reeën en everzwijnen gehouden, voor het plezier van de adel. Of ze hier vaak gebruik van maakten is echter de vraag, want voor de Prinsen van Oranje, was Diest slechts een zoveelste eigendom. Bovendien bracht de komst van de Prinsen van Oranje-Nassau een hoop miserie voor de stad met zich mee, die meermaals belegerd en verwoest werd.

De warande bleef eeuwenlang onverstoord een jachtdomein, tot het na de Franse revolutie in 1798 geconfisqueerd werd door de Franse overheid. Zo kwam de Warande voor meer dan een eeuw lang in privé handen terecht.

De warande anno 1775-2005

De warande als stadspark

In 1939 schonk de laatste eigenaar, dokter Henri Verstappen zijn woning alsook de Warandeheuvel terug aan de stad Diest met de uitdrukkelijke wens het voor alle inwoners toegankelijk te maken. Het is dus dankzij hem dat we vandaag de dag kunnen genieten van dit historisch stukje groen, pal in het centrum van Diest. Niet verrassend is een deel van de oude graanmarkt omgedoopt tot het Henri-Verstappenplein. Hetgeen we nu de Graanmarkt noemen, kende men in de 19e eeuw als de Korenmarkt.

De neoclassicistische herenwoning van Henri Verstappen werd omgevormd tot monumentale toegangspoort.  De 4 beelden boven de monumentale toegangspoort zijn afkomstig van het in 1956 gesloopte Noordstation van Brussel. In de oude steengroeve werd een openluchttheater ingericht en er werd een sportstadion met tennisvelden aangelegd.

Sportstadion De Warande

Het sportstadion De Warande werd gebouwd in 1946. Rondom het voetbalveld bevindt zich ook een atletiekpiste. Tegenwoordig is het stadion de thuisbasis van voetbalploegen KFC Diest en Sparta Schaffen. De tribunes bieden plaats aan circa 8000 bezoekers.

Bronnen

  1. D. Callebaut, De Tafelrondmote op de Warande te Diest, Archaeologica Belgica 250, 1982 []
  2. Stadsarchief Diest, fonds Schepenbrieven volgens D. Callebaut, De Tafelrondmote op de Warande te Diest, Archaeologica Belgica 250, 1982 []
  3. F. Di Martinelli, Diest in de 17e en 18e eeuwen,1897, p37[]
  4. Michel van der Eycken, Filips Willem: Prins van Oranje, heer van Diest : 1554-1618, p14[]